Het CDD-beleid is in het leven geroepen om te voorkomen dat natuurlijke personen met kwade bedoelingen, zoals bijvoorbeeld het witwassen van geld, zich kunnen verschuilen achter een onderneming, stichting of andere juridische entiteit. Door dit beleid goed op orde te hebben, wordt imago- en reputatieschade voorkomen.
In de praktijk betekent een CDD-beleid dat er een gedegen klantenonderzoek uitgevoerd moet worden waarbij er getoetst wordt op compliance. Wie er dan getoetst moet worden op compliance? Dat is de ‘ultimate beneficial owner’ of uiteindelijk belanghebbende, ook wel de UBO genoemd.
Dit is een natuurlijk persoon die:
- Een belang heeft van minstens 25 procent in het kapitaal van de rechtspersoon
- Minstens 25 procent van de stemrechten kan uitoefenen in een algemene vergadering
- De begunstigde is van minstens 25 procent van het vermogen van de rechtspersoon
Wanneer de UBO achterhaald is, wordt deze gescreend op integriteitsrisico's. Er moet gecontroleerd worden of ze negatief in het nieuws zijn geweest en of zij voorkomen op zwarte lijsten, zoals sanctielijsten, controlelijsten en PEP-lijsten. Waarbij een PEP-lijst een lijst is van prominente publieke functies in de definitie van politiek prominente personen (Politically Exposed Persons, PEP) in Nederland.