Van bedrijven wordt steeds meer verwacht dat zij weten met wie zij zakendoen. Bedrijven kunnen zo voorkomen dat zij in zee gaan met malafide partijen. Instellingen die vallen onder de Wwft, zijn verplicht de identiteit van de UBO (uiteindelijk belanghebbende) van hun zakenrelaties te achterhalen. De wetgeving is echter complex en de boetes zijn erg hoog. Daarom geeft deze pagina u antwoord op al uw vragen rondom de UBO-wetgeving. Wat is een UBO precies? Is ook uw bedrijf verplicht de UBO in kaart te brengen? Hoe verricht u cliëntenonderzoek en hoe kunt u boetes van toezichthoudende instanties voorkomen?
Geen zin om te lezen? Bekijk dan deze video en leer in een paar minuten wat een UBO is en hoe je deze identificeert.
De afkorting UBO staat voor Ultimate Beneficial Owner, oftewel uiteindelijk belanghebbende. Voor bepaalde (financiële) instellingen, zoals banken, trustkantoren en verzekeraars, geldt de wettelijke plicht om de identiteit van een UBO te achterhalen wanneer zij zakendoen met die partij. De achtergrond van deze bepaling is om te voorkomen dat natuurlijke personen met kwade bedoelingen, zoals bijvoorbeeld het witwassen van geld, zich kunnen verschuilen achter een onderneming, stichting of andere juridische entiteit.
De uiteindelijk belanghebbende van een juridische entiteit is de natuurlijke persoon die:
Onderzoek naar de UBO is verplicht voor bedrijven die onder de ‘Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme’ (afgekort de ‘Wwft’) vallen. Wanneer u wilt weten of u hieronder valt, verwijzen wij u naar artikel 1 van de Wwft voor een lijst van partijen waarop de wet van toepassing is. Naast banken, trustkantoren en verzekeraars geldt de wet onder meer voor advocaten, notarissen en geldwisselkantoren.
De Wwft schrijft voor dat een instelling onderzoek doet naar de identiteit van een cliënt, voordat zij een transactie uitvoert of een zakelijke relatie aangaat. Dit zijn de globale stappen die u neemt voor het onderzoek naar de UBO:
Een belangrijk onderdeel van dit onderzoek is het vaststellen en controleren van de identiteit van de UBO. Dit onderzoek wordt het cliëntenonderzoek genoemd en mag risicogebaseerd plaatsvinden. Dit houdt in dat u zelf een inschatting mag maken van de risico’s van een zakelijke relatie of transactie op witwassen en/of financieren van terrorisme.
Wanneer u de identiteit heeft achterhaald, dient u de UBO te screenen om het risico te kunnen inschatten. Staat de UBO bijvoorbeeld op PEP-lijsten, controlelijsten, sanctielijsten of is er negatieve publiciteit? U kunt denken aan: de EU Freeze list, OFAC en de AFM Waarschuwingslijst.
Wanneer u onder de Wwft valt, dient u uw cliënten op basis van objectieve indicatoren in te delen in risicocategorieën, variërend van laag tot hoog. De aard en de omvang van het cliëntenonderzoek mag worden afgestemd op deze risico-inschatting. Hoe lager het risico, hoe minder inspanning er verricht hoeft te worden om dit risico te mitigeren.
Daarnaast is het van belang dat u uw relaties op uniforme en efficiënte wijze toetst en deze informatie consistent archiveert.
In oktober 2013 legde de rechtbank in Den Haag boetes van duizenden euro’s op aan ondernemers die hadden nagelaten de identiteit van hun klanten te controleren. Ook toezichthoudende instanties, zoals De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM), controleren streng op de naleving van de Wwft. Om boetes te voorkomen, is het aan te raden een helder beleid op te zetten. Hiertoe kunt u bijvoorbeeld gebruik maken van het 10-stappenplan van Graydon.
Belangrijk is dat u uw inspanningen zorgvuldig en structureel documenteert, zodat u bij een (onaangekondigde) controle kunt aantonen dat u de Wwft naleeft. Vanwege de complexiteit en strenge regels kiezen steeds meer organisaties voor het automatiseren van het proces.
Met de Customer Due Diligence-oplossing van Graydon kunt u op snelle, correcte en efficiënte wijze 1) UBO’s in kaart brengen 2) UBO’s checken op compliance risico’s 3) automatisch online archiveren.
Op dit moment wordt er op Europees niveau onderhandeld over de Vierde Anti-witwasrichtlijn, de opvolging van de Derde Anti-witwasrichtlijn op basis waarvan de Wwft in 2008 tot stand kwam.
Op 14 augustus 2014 heeft minister Dijsselbloem de Tweede Kamer in een brief geïnformeerd over de voortgang van deze onderhandelingen. De minister liet weten dat het huidige tekstvoorstel nog steeds de verplichting bevat voor instellingen om bij te houden wie de uiteindelijke belanghebbende(n) is of zijn. Daarnaast is het tekstvoorstel aangevuld met de verplichting dat de UBO-informatie moet worden bijgehouden op een specifieke locatie, zoals een openbaar centraal bedrijvenregister. In de tekst staat echter expliciet vermeld dat deze aanvulling de instellingen niet van de verplichting ontslaat om zelf een cliëntenonderzoek uit te voeren.
De naleving de Wwft en het vastleggen van de UBO wordt steeds strenger gecontroleerd. Vaak zonder aankondiging. Voldoet u niet aan uw wettelijke verplichtingen, dan riskeert u een forse geldboete, een dwangsom of zelfs strafrechtelijke vervolging. Maar zover hoeft het niet te komen. Download het stappenplan om boetes te voorkomen.